Chiao, Bilbao

Chiao, Bilbao

In Gernika hebben we nog een erg gezellige avond met Aleks en Jean-Paul. Aleks komt uit Oostenrijk en Jean-Paul uit België. Beiden zijn gezellig gestoord en ondanks het leeftijdsverschil, Aleks is begin 20 en Jean-Paul eind zestig, kunnen ze uitstekend met elkaar opschieten. De dag na onze gezellige avond vertrekken ze nog eerder dan wij, wat best vroeg is. Zo rond tien uur tref ik ze weer, als ze op een terrasje wat drinken. Als ik kom aangelopen zie ik tot mijn verbazing dat ze allebei alweer een leeg bierglas voor zich hebben staan.

Wij drinken sowieso geen alcohol als we nog een aantal kilometers moeten lopen.Ik schuif bij ze aan en bestel een cafe americano. Als je gewoon koffie besteld krijg je koffie met melk en een echte kerel drinkt dat niet. De twee vrienden bestellen hierna ook nog een biertje en met drie grote glazen achter de knopen beginnen ze aan de laatste achttien kilometer van hun etappe.

vlnr Chang, Jean-Paul, Klaas, Aleks, Evert
vlnr Chang, Jean-Paul, Klaas, Aleks, Evert

We hebben maandag een korte etappe gelopen van ongeveer 20 kilometer. Het is ons plan om Bilbao in één dag af te ronden. Dan is het handig als je de dag voor je een grote stad wilt doorkruisen niet te ver bij zo’n stad verwijderd bent. We stoppen een kilometer of twaalf voor Bilbao in het plaatsje Lezama, waar een albergue is. We zijn al voor twaalf uur op lokatie, maar kunnen pas om drie uur naar binnen en het aantal plaatsen is beperkt. Als het drie uur is staat een lange rij voor het hek te wachten.

Rij
Rij

De hospitaliere is erg strikt en net als op de kleuterschool, mogen we twee aan twee naar binnen. We zien deze dag een aantal bekenden van de vorige overnachting. Nadat iemand een flesje wijn tevoorschijn tovert, verzamelt zich langzamerhand een kringetje mensen rondom een tafeltje buiten. Het is weer een erg internationaal gezelschap met mensen uit Litouwen, Amerika, Hongarije, Slovenië, Spanje, Australië en Mexico. Er zitten goede verhalenvertellers tussen en we zitten regelmatig te bulderen van de lach. De striktheid van de hospitaliëre kent geen echter grenzen en om stipt tien uur moeten we binnen zijn, want dan gaat de deur op slot en het licht uit.

Het zijn niet altijd mooie paadjes waar we over lopen..
Het zijn niet altijd mooie paadjes waar we over lopen..

De oordopjes doen ook deze nacht weer prima hun werk, want als ik midden in de nacht wakker schrik ergens van en even mijn oordopjes uit doe, is het een gezucht en gezaag van jewelste in de zaal. ‘s Ochtends wordt ik weer een keer wakker en zie de litouwse jongen voorzichtig zijn bed uit gaan, om te gaan lopen. We besluiten daarop ook te gaan. De vorige dag hebben we boodschappen gedaan voor het ontbijt en met deze spullen en onze rugzak op de schouder, sluipen we sneaky naar buiten.

Aan een tuintafeltje eten we onze stokbrood met jam en spoelen dit weg met jus de orange. Vandaag moet Bilbao er aan geloven. We hebben geen trek in een overnachting in deze grote stad en de moderne kunst van het Guggenheim museum begrijpen we niet, dus we willen deze hobbel zo snel mogelijk genomen hebben. Het wordt een redelijk pittige route met behoorlijk wat klimmetjes en veel harde ondergrond. Rond half drie komen we aan in Portugalete, een stukje achter Bilbao. We zoeken het tourisme infocenter op en de aardige dame helpt ons voortreffelijk.

Portagulete - Schipper mag ik overvliegen..
Portagulete – Schipper mag ik overvliegen..

Er is geen albergue, dus we moeten ons heil zoeken in een hostel of pension. We besluiten pension Santa Maria te kiezen, dichtbij de haven. Een erg goedkoop ding. We betalen, checken in en worden naar de kamer gebracht, die een beetje  tegenvalt. Het is één ranzige zooi. Niks is schoon, de inrichting is troep en alles is oud en afgeleefd. Gelukkig is het maar voor één nacht, dus dat zullen we ook wel weer overleven.

Nadat we ons gesetteld hebben gaan we de stad in. We zoeken een restaurantje waar we goedkoop kunnen eten, maar kunnen niets vinden, tot Evert op een terrastafel een McDonalds tas ziet staan. Als er dan niets is, moeten we dat maar proberen. Hij vraagt aan de mensen aan de tafel of ze engels spreken. “No” Dan wijst hij naar de tas en vraagt “McDonalds” ? De man aan de tafel staat op begint spaans tegen ons te ratelen. We begrijpen er geen hout van, maar ik vang ergens het woord “diner” op en knik hard met mijn hoofd: “Si, diner !”  Hij kijkt ons aan, wenkt dat we mee moeten komen en sleurt ons, ondertussen spaans door ratelend, een paar straten door naar een goed en goedkoop restaurantje. Het zit boordevol etende mensen, dus dan moet het wel goed zijn. We bedanken hem uitgebreid: “Muchos gracias !”

De kust
De kust

De Spanjaarden of Basken, zijn vriendelijk. Ook tijdens het lopen, als we even stil staan om uit te zoeken welke richting we op moeten, gebeurd het regelmatig dat ergens iemand roept of fluit en dan met een breed armgebaar de juiste richting op wijst. Als Evert vandaag aan een dame vraagt of in het dorp koffie te koop is, geeft ze aan dat dat niet het geval is. Hierop zet ze snel een het koffiezetapparaat aan en krijgen we een bakkie van haar. De enige drempel is toch ook hier de taalbarrière.

Wat verder handig is in Spanje, men heeft op de meest vreemde plaatsen openbare kraantjes staan, waaruit je schoon drinkwater kunt tappen. Ideaal voor de dorstige wandelaar. Eten doen ze hier laat. Na acht uur. Heb je tot die tijd trek, dan kun je bij de meeste cafe’s pincho’s kopen. Dat zijn hartige hapjes of belegde broodjes die op de bar staan. Ze zijn meestal erg lekker en kosten geen drol.

Met de kraan open.
Met de kraan open.

In Spanje werd gisteren “San Juan” gevierd wat uitbundig gebeurd, met vreugdevuren, vuurwerk en veel alcohol. Toen we vanmorgen vertrokken liepen nog steeds groepjes dronken en lallende mensen over straat.Vandaag hebben we veel asfalt en veel zonneschijn voor de kiezen gehad. De route was redelijk en ging voor een groot deel langs de kust, wat altijd mooi is. We eindigen in de stad Castro Urdiales.

Castro Urdiales
Castro Urdiales