Jacobspad
Hoe gaat dat nu eigenlijk, slapen in zo’n klein tentje ? Wat neem je mee, als je ook overnachten moet ? Kunnen we met onze huidige uitrusting uit de voeten ? Zijn we nog meer spullen nodig ? Door een tocht van een paar dagen te lopen hoopten we hier wat meer duidelijkheid in te krijgen. Het zou een beetje knullig zijn wanneer je begint aan de Camino en je komt er dan pas achter dat je tentje of je luchtbed niet voldoen. Omdat een gedeelte van de wandelroute naar Santiago de Compostela, het 208 km lange Jacobspad van Uithuizen-Hasselt, door de omgeving loopt waar we wonen, hebben we hiervan een gedeelte gelopen. Tegen de richting in, dat wel.
Route
Het viel nog niet zoveel mee om een goede routebeschrijving van het Jacobspad te vinden op internet. Je kunt op de site www.jacobspad.nl een routeboekje kopen, maar de beslissing om een gedeelte van het Jacobspad te lopen, maakten we echter een paar dagen voor we daadwerkelijk op pad gingen. We bereiden ons graag goed voor…
Affijn, na het nodige zoekwerk vond ik een viertal .gpx bestanden. Deze waren gemaakt en online gezet door iemand die het gedeelte tussen Rolde en De Wijk had gelopen met een GPS navigatie apparaatje.
De tracks zijn te vinden op: http://www.gpsies.com, zoeken op “Jacobspad”. De tracks zijn ook hier te downloaden.
Heb je, net als wij, geen GPS navigatie systeempje, dan kun je van deze tracks een kaartje maken. Voorbeeld: klik hier. Dit kun je doen op de website www.javawa.nl. Onder de knop: “Online Tools Algemeen” vind je een tooltje waarmee je een webkaartje van je gpx bestand kunt maken. Je hoeft hiervoor niets op je computer te installeren.
De route heb ik in 8 printscreens opgeknipt en uitgeprint. (
Download Pdf - Route De Wijk - Rolde
)( Er wordt gevraagd om een wachtwoord. Type: camino2015 ) Zonder kaartje of routebeschrijving is het vrijwel onmogelijk om dit gedeelte van het Jacobspad te lopen. We hebben vaak, soms kilometers lang, aan de hand van onze kaartjes de route moeten volgen tot we ineens weer de bekende geel-blauwe aanwijzers tegenkwamen.
Dag 1
Zoals gezegd startten we in Rouveen waar we door de Staatsbossen uiteindelijk, op Halfweg belanden. Hier pikten we het Jacobspad op en liepen richting Landgoed Dickninge. Het weer deed goed zijn best het ons naar de zin te maken. De zon scheen lekker en aan de rand van het landgoed hebben we ons eerste rustpunt genomen. Heerlijk languit in het gras.
Na een poosje flink doorgestapt te hebben kwamen we in de bossen bij Echten terecht, waar we besloten te overnachten. Omdat in regeltjesland Nederland wildkamperen niet is toegestaan, hadden we op de kaart al een paar mogelijke plekjes uitgezocht. De eerste bleek meteen geschikt. Een stuk loofbos met ondergroei en ongelijke bodem, waardoor we, na een goede honderd meter het bos ingelopen te zijn, onzichtbaar waren.
Nadat we de tentjes opgezet en ingericht hadden, maakten we een warme maaltijd (of beter, een maaltijd warm). Toen we deze opgepeuzeld en weggespoeld hadden met een welverdiend biertje, was het ook donker en doken we de slaapzak in.
De weersberichten hadden echter niet veel goeds voor ons in petto. Vanuit het zuiden dreven donkere wolken ons land binnen, die ons een paar uur lang voorzagen van een gestage plensbui. Afgezien van het gerikketik op de tent hebben we hier verder weinig van gemerkt. De tent was waterdicht en de slaapzakken lekker warm.
Dag 2
Tussen de bomen blijft het lang donker en het was ruim 8 uur geweest, voor we wakker werden. De regen was ondertussen gestopt, maar het buienradar app-je op mijn telefoon voorspelde binnen een uur nog meer regen. Omdat opruimen in de regen helemaal geen pretje is, hebben we lichtelijk gehaast alles in moeten pakken. Tussen het opruimen door toch nog een kopje oplos-cappuccino kunnen maken. Net toen alles weer in de tassen zat, begon het weer te regenen en konden we meteen de regen poncho omgooien. Dat was niet echt fijn, meteen in de regen lopen. Aan de andere kant, het is begin oktober, dan kun je zoiets verwachten. Nog voor we het bos uit kwamen, werd het weer droog.
Van een vriendelijke oude vrouw mochten we onze waterflesjes aan de kraan vullen. Hierna liepen we in gestrekte draf naar Ruinen, waar we besloten wat warms te drinken in een restaurant aan de Brink. Binnen zat een oude man aan een tafeltje. Voor zich een kistje met papiertjes. Het was ons niet meteen duidelijk wat hij aan het doen was. Nadat we onze koffie hadden gekregen, hoorden we hem iets zeggen, wat we niet verstonden. “Wat zegt u?” “Asjeblieft”, zei hij nogmaals en schoof een wit papiertje richting mijn broer. Het bleek een schets te zijn van een persoon die een rugzak droeg. “Hessel” stond eronder. “Dat ben jij. Of die andere” zei hij, terwijl hij naar mij knikte. Hierna pakte hij een nieuw papiertje en begon iets nieuws te tekenen. Vanmorgen vond ik het papiertje, compleet verkreukeld terug:
Na Ruinen liepen we over de Dwingeloosche Heide, over een lang, kaarsrecht pad. Langs de kant van het pad, waar ze in de luwte van het aanwezige gras uit de wind zaten, zaten veel hagedisjes zich op te warmen in het schrale zonnetje.
Een stuk verder lag een schaap in het lange gras. Net nadat we hadden geconstateerd dat het beest wel erg makjes was en we ons afvroegen of het wel helemaal in orde was, kwam er een auto met veewagen aanrijden die stopte bij het dier. De chauffeur meldde dat het dier tanninevergiftiging opgelopen had doordat het teveel groene eikels had gegeten. Bruine eikels geven geen problemen maar groene wel, omdat die veel meer van de stof tannine bevatten. Daarbij werkt tannine verslavend, waardoor de beesten geen gras meer eten en alleen maar eikels meer willen, wat hun toestand niet te goede komt. Dit schaap kon zelfs niet meer lopen en moest de veewagen ingedragen worden, op weg naar de afkick-schaapskooi.
Het leek zo mooi. “We lopen tot Spier, daar zoeken we een supermarkt en halen daar wat we nog nodig zijn.” Aangekomen in Spier, bleek Spier toch wat kleiner te zijn dan gehoopt. Omdat we niet meteen een supermarkt zagen, besloten we hiernaar te informeren in een restaurant. We liepen bij restaurant Schortinghuis naar binnen, waar we vriendelijk werden ontvangen, maar waar ons ook werd medegedeeld dat in heel Spier geen supermarkt te bekennen was. Dat was een kleine teleurstelling voor ons. “Kunnen wij jullie misschien ergens mee helpen dan ?” werd ons gevraagd. Ik was, heel handig, vergeten een beker mee te nemen. “Geen probleem, die kun je van ons krijgen.” “Eh,beetje water ?”, “Daar is de kraan, pak maar” Tegen heel redelijke betaling werd zelfs nog een versnapering voor de avond geregeld. Echt super. Loop je ooit het Jacobspad en kom je door Spier, restaurant Schortinghuis is echt een aanrader !
Spier lieten we achter ons, waarna we over zandwegen, tussen de akkerlanden doorliepen, waar de maïs, de bieten en de aardappelen op het punt van geoogst worden stonden. Een paar kilometer buiten Spier zagen we in the middle of nowhere een perfecte overnachtingsplek.
Omgeven door struiken en bomen, lagen kleine plekken gras in een landschap van bulten, gaten, struiken en boompjes. Omdat het redelijk vroeg was, rond half vijf, hadden we tijd genoeg om de tenten en de poncho’s te laten drogen op de struiken, in de zon. Nadat alles gedroogd en opgezet was, we gegeten hadden en gesetteled waren, bleken we niet de enige schepsels te zijn die gebruik maakten van dit mooie stukje natuur. Vanuit de struiken kwamen voorzichtig, al grazend een stuk of zeven koeien kennis met ons maken. Nu zijn koeien rustige, nieuwsgierige beesten en als je zelf rustig blijft, grazen ze na kennis gemaakt te hebben, rustig verder. Dat was ook nu het geval.
Dag 3
De derde dag was niet zo heel spannend. Omdat we de plek willen achterlaten, zoals we gekomen zijn, hebben we eerst alles, tot de kleinste snipper aan toe opgeruimd. We starten daarna om ongeveer half tien en liepen via Westerbork naar Elp. In Westerbork liepen we nog even verkeerd, maar na een korte studie op de kaart, vonden we de weg snel weer terug. In Elp aangekomen, was het net twee uur geweest. Hier hebben we eerst de verloren calorietjes weer aangevuld, waarna we werden opgepikt door onze eega’s. Hiermee was onze driedaagse dan ook ten einde. Al met al hebben we een kleine 75 kilometer gelopen in 2,5 dag. Het belangrijkste is echter dat we erg veel opgestoken hebben, waar we ongetwijfeld profijt van zullen gaan hebben als we daadwerkelijk op pad gaan in 2015.
Voor meer foto’s: klikkerdeklik